Loopbaanadviseur/ beroeps- en studiekeuzeadviseur

Een loopbaanadviseur helpt mensen die twijfelen over hun loopbaan een antwoord te bedenken op drie vragen:

  • Wat kan ik?
  • Wat wil ik?
  • Wie ben ik?

Wie komen er bij een loopbaanadviseur?

Een aantal voorbeelden van mensen die door een loopbaanadviseur geholpen kunnen worden:

  • Rob, 20 jaar, is vastgelopen in zijn opleiding. Hij is niet meer gemotiveerd, blijft vaak thuis op de bank hangen en weet niet wat hij verder wil. De studiekeuzeadviseur verwijst hem door.
  • Zaphira is 36. Ze heeft een leuke baan, alles loopt soepel, misschien wel té gemakkelijk. Ze vraagt zich ineens af of ze nog een andere kant van zichzelf wil ontwikkelen voor ze daarvoor misschien te oud is. Haar vakantiegeld besluit ze in een loopbaanadvies te investeren.
  • Rianne's baan verdwijnt door een reorganisatie. Ze krijgt outplacement aangeboden door haar werkgever. Loopbaanadvies is daarvan een onderdeel. Ze is 32, is teleurgesteld over het ontslag en overweegt helemaal te stoppen met werken en voor haar baby te gaan zorgen.
  • Theo is 41. Hij heeft 18 jaar bij hetzelfde metaalbewerkingsbedrijf gewerkt. Nadat hij zelf ontslag genomen heeft, weet hij na drie maanden aan zijn auto sleutelen nog niet wat hij wil. Op aandringen van zijn vrouw en zijn beste vriend gaat hij naar een adviseur.
  • Abdel werkt nu drie jaar in zijn eerste baan als mediathecaris. Hij mist de flow die hij in het begin wel had. Heeft hij het verkeerde beroep gekozen of heeft hij gewoon wat meer uitdaging nodig in het werk? Hij praat met zijn leidinggevende en zij regelt een bijdrage in de kosten van een beroepskeuzeadvies. 
  • Jessica is in haar laatste baan als regisseur gedeeltelijk arbeidsongeschikt geraakt. Haar contract is niet verlengd en nu lukt het niet meer om een baan te krijgen, zelfs geen tijdelijke. Het UWV geeft haar een budget voor een re-integratietraject.

Voor deze zes verschillende klanten zullen loopbaanadviseurs heel verschillende taken uitvoeren:

1. In gesprekken de vraag van de cliënt analyseren

Als adviseur hoef je niet altijd binnen te blijven zitten. Susanne Biemans, ervaren adviseur, gaat vaak met cliënten wandelen in de natuur om de gesprekken makkelijker te laten lopen.

"Als je naast elkaar loopt, kan de cliënt zich beter op zichzelf concentreren. Hij kijkt letterlijk niet naar jou, waardoor hij ruimte heeft om naar zichzelf te kijken. Sowieso is iemand meer ontspannen als hij tegelijk in beweging is en ook komen er betere ideeën naar boven."

Mensen komen bij een adviseur met een vraag, die meestal lijkt op één van de drie vragen "wie ben ik?", "wat kan ik?" en "wat wil ik?". Het eerste wat de adviseur doet, is doorvragen bij de cliënt wat nu precies zijn vraag of probleem is en in welke richting het antwoord of de oplossing kan liggen.

De adviseur bespreekt met Theo bijvoorbeeld hoe hij in het verleden heeft gefunctioneerd, waar hij van genoot tijdens maar ook buiten zijn werk, hoe hij tot nu toe zijn keuzes heeft gemaakt. Met Rob kijkt hij ook naar zijn studiegedrag en welke knelpunten hij tijdens de opleiding ervaart. Welke opdrachten vond Rob wél leuk? Met Rianne werkt de adviseur eerst aan verwerking van het ontslag, voordat ze met outplacement kan beginnen.

Zo helpt de adviseur een cliënt te bedenken wat hij wil. Meestal laat de adviseur zijn cliënt ook een beroeps- of studiekeuzetest invullen.

2. Mogelijkheden onderzoeken

Als een cliënt weet wat hij ongeveer wil, onderzoekt hij samen met de adviseur of hij zijn doel ook kan bereiken. De adviseur kijkt naar de competenties en naar de fysieke mogelijkheden. Jessica wil misschien de verpleging in, maar omdat ze vanwege rugklachten thuis zit, zal de adviseur dan zoeken naar een beroep die de leuke kanten van de verpleging heeft, maar lichamelijk niet zo zwaar is. Zo helpt een adviseur haar naar de ideale baan.

3. Rapporteren en advies geven

Een adviseur probeert de cliënt zoveel mogelijk zelf het antwoord te laten vinden, maar tegen het eind van het traject moet er een advies komen. De adviseur schrijft een rapport met de belangrijkste conclusies uit alle gesprekken. De studiekeuzeadviseur van de hogeschool van Rob ontvangt bijvoorbeeld ook een kopie van dat rapport.

4. Trainingen geven

Naast individuele gesprekken kunnen adviseurs ook cliënten in groepjes bij elkaar brengen en hen bijvoorbeeld een training geven in het verkennen van de arbeidsmarkt of het schrijven van een sollicitatiebrief.

Daarnaast heeft een adviseur algemene taken:

5. Acquisitie en intakes houden

Of je nu als zelfstandig adviseur werkt of in dienst bent bij een bedrijf, je zet je in om nieuwe klanten te werven. Je doet aan pr en promotie om je dienst te verkopen. Je gaat in je nette pak naar bedrijven die bijvoorbeeld aan het reorganiseren zijn en een hele groep medewerkers een outplacement willen aanbieden.

6. Jezelf blijven ontwikkelen

Als adviseur moet je ook veel onderhoud aan jezelf plegen. Je onderzoekt nieuwe methodes om cliënten te helpen, je leest boeken over problemen op het werk of over competenties. Je blijft op de hoogte van nieuwe opleidingen. Ook reflecteer je regelmatig op je manier van werken.

Welke rollen speel je?

  • Adviseur. Advies geven is de kern van je beroep. In deze rol luister je goed naar wat mensen je vertellen, probeert daarin structuur te brengen, stelt confronterende vragen en als ze eenmaal weten wat ze willen, adviseer je ook hoe ze dit praktisch kunnen toepassen. Hoe gaat Zaphira haar baan met een nieuwe opleiding combineren? Hoe kan Jessica zich omscholen tot tekstschrijver? En hoe is de arbeidsmarkt eigenlijk voor deze beroepsgroep?
  • Coach. Soms blijkt het niet te gaan om een verlangen naar ander werk, maar stoot iemand zijn neus in zijn functioneren. Theo is misschien te perfectionistisch waardoor hij te lang over zijn werk doet en dan nog niet tevreden is over het resultaat. Als de werkdruk dan ook nog hoog is, verdwijnt de motivatie. De adviseur haalt zo'n probleem in de gesprekken naar boven. Misschien zou Theo best bij hetzelfde bedrijf kunnen blijven werken, maar moet hij leren met zijn eigenschappen om te gaan. Theo gaat weer aan het werk en de adviseur blijft hem ondersteunen tot hij beter omgaat met de werkdruk en zichzelf minder hoge eisen stelt.
  • Onderzoeker. Tijdens het adviestraject gebruik je als adviseur vaak psychologische onderzoeksmethoden. Je moet verstand hebben van tests om de resultaten goed te kunnen interpreteren.
  • Géén therapeut. Een adviseur moet zich niet als psychotherapeut gaan gedragen. Daarvoor is hij niet opgeleid. Hij moet kunnen zien wanneer de psychische problemen van een cliënt te zwaar zijn en hem of haar dan doorverwijzen.

Waar werk je als loopbaanadviseur?

  • In dienst bij een psychologisch adviesbureau of een bureau dat in personeelswerk is gespecialiseerd, trainingsbureau of bij een samenwerkingsverband van een aantal adviseurs. Als er in een bedrijf in één keer veel verandert, help je groepen mensen binnen of buiten het bedrijf een nieuwe plek te vinden.
  • Op de afdeling Personeelszaken of met een chic woord "Human Resource Management". Veel grote bedrijven als Ahold of Heineken of grote organisaties als een ministerie hebben eigen adviseurs in dienst die werknemers begeleiden die binnen de organisatie iets anders willen gaan doen.
  • Bij het UWV Werkbedrijf of een re-integratiebedrijf begeleid je mensen die werkloos of gedeeltelijk arbeidsongeschikt zijn bij het vinden van een baan.
  • Bij een uitzendbureau of werving- en selectiebedrijf: soms stelt een intercedent zich ook op als loopbaanadviseur. Wie werft en selecteert moet klanten ook kunnen adviseren bij de vraag of een bepaalde vacature wel bij hun profiel past.
  • Bij een opleidingsinstelling als studie- en beroepskeuzeadviseur: je praat met leerlingen of studenten over hun studiekeuze. Je kunt bijvoorbeeld ook gevraagd worden op school te komen om met ouders te praten over het schoolkeuzeadvies voor hun kind.
  • Als zelfstandig gevestigde adviseur: je hebt een eigen kantoor en bepaalt zelf met welke cliënten je werkt en volgens welke methodes je dat doet. Dit is een goede optie als je al flink wat ervaring hebt.

Wat is je plaats in de organisatie?

Je werkt op een stafafdeling, zoals een afdeling Personeelszaken. Je baas is dan het hoofd Personeelszaken. Als je samen met een aantal adviseurs een maatschap vormt, ben je één van de partners en sta je allemaal op gelijk niveau. Ben je zelfstandig, dan ben je je eigen baas!

Met wie werk je samen?

  • Je werkt natuurlijk vooral met je cliënten samen.
  • Je werkt samen met andere loopbaanadviseurs, of gespecialiseerde studiekeuzeadviseurs. Samen verdeel je dan het binnenkomende werk.
  • Ben je ingehuurd in het kader van een reorganisatietraject dan werk je samen met loopbaanadviseurs van je eigen bureau en met P&O-adviseurs of bedrijfsmaatschappelijk werkers van het bedrijf waar je advies komt geven.
  • In een re-integratiebedrijf werk je samen met bedrijfsartsen, fysiotherapeuten en re-integratiespecialisten/arbeidsdeskundigen om de situaties van cliënten te bespreken.
  • Je kunt ook samenwerken met gespecialiseerde testpsychologen als je zelf onvoldoende kennis of ervaring hebt om complexe tests te doen of daarvoor niet gecertificeerd bent.

Welke competenties moet je in huis hebben?

Luisteren en doorvragen om informatie te verzamelen

Je moet heel geduldig kunnen luisteren, zonder beïnvloed te worden door je eigen mening. Het gaat er immers in het begin van het traject niet om wat jij vindt, maar het is juist belangrijk dat de cliënt ook goed naar zichzelf gaat luisteren. Daarbij help je hem door tijdens het luisteren door te vragen zodat er meer ervaringen naar boven komen waarvan de cliënt zelf kan leren.

Empathie tonen om goed contact te krijgen met de cliënt

Veel mensen komen in een crisisachtige situatie bij een adviseur. Werk is ontzettend belangrijk in hun leven en als dat wegvalt door vastlopen of ontslag, moet de adviseur zich in de persoon en zijn werkomgeving kunnen verplaatsen, anders kan hij het probleem en de behoeftes niet begrijpen en uiteindelijk geen zinvol advies geven.

Pierre Remijn, voorzitter van NOLOC (Orde voor Loopbaanadviseurs en Outplacement Consulenten) en ervaren adviseur, waarschuwt: "Je moet niet te veel blijven hangen in de empathie. Als je te lang blijft meelijden met het leed, krijg je de ander niet in actie. Je moet hem wel kunnen wakker maken en sturen in een nieuwe richting."

Confronteren om de cliënt op andere gedachten te brengen

Soms zitten mensen vast in hun beelden over zichzelf of over hun baas. Ze hebben gedachten als "Ik kan toch niet goed leidinggeven, daarvoor ben ik te onzeker", "Niemand wil me meer een baan geven door mijn slechte rug", "Ik ben echt wel slim genoeg voor een hbo-opleiding; dat het niet lukt is de schuld van die docenten". Een adviseur moet dat soort gedachten tegen durven spreken, wel door goed te argumenteren natuurlijk. Iedereen wil liefst aardig gevonden worden en je moet wel confronterende dingen durven zeggen. Je moet dat uiteraard wel tactvol kunnen doen en volgens de feedbackregels.

Bert Warners, voorzitter van het Register van Beroepskeuzeadviseurs, wordt door ouders wel eens gevraagd voor een soort second opinion als ze het niet eens zijn met het schooladvies. "Een kind heeft dan op basis van de CITO-toets bijvoorbeeld vmbo-advies gekregen en de leerkrachten van de lagere school bevestigen dit advies. Ouders vinden het soms niet leuk als hun kind naar het vmbo moet en zeggen dan 'mijn zoontje had zijn dag niet, hij is heel slim en hij leest veel, hij kan best havo.' Dan kom ik met het kind praten en neem hem nog een test af. Als ik dan ook op vmbo uit kom, moet ik de ouders daar wel mee kunnen confronteren. Voor mij is dat vaak gemakkelijker dan voor de leerkrachten die soms onder forse druk staan van de ouders."

Intuïtie om aan te voelen wat iemand nodig heeft

Een voorwaarde voor goed kunnen confronteren is intuïtie.

Susanne Biemans: "Ik heb daar aanleg voor. Ik merkte dat toen ik in de universiteitsraad zat. Voordat mensen hun mond open deden, wist ik vaak al wat ze gingen zeggen. Ik voelde hun emoties en kon daar goed op inspelen. Ik hoorde wat er onder de woorden lag en daarmee heb je vaak een opening in een moeilijk gesprek."

Met een cliënt naar een resultaat toe werken

Pierre Remijn: "Het hoeft geen twee jaar te duren. Aan het begin spreek je een doel af, met de cliënt, maar vaak ook met zijn werkgever: over zes maanden heeft de cliënt inzicht in zijn mogelijkheden binnen of buiten het bedrijf, is er zicht op een nieuwe baan, of wat voor nieuwe bestemming dan ook. Je moet niet in therapeutisch praten blijven hangen maar de vaart erin houden met de blik op het doel."

Je deskundigheid van de arbeidsmarkt en van opleidingen kunnen inzetten

Je geeft geen advies over koken of een ander huis maar over het gaan volgen van een opleiding of een nieuw beroep. Daar moet je dus inzicht in hebben, anders kun je niet adviseren welke opleiding of beroep goed bij de interesses en mogelijkheden van de cliënt past. En dan moet een adviseur ook nog weten of daar wel werk mee te vinden is. Actuele kennis is de basis voor je adviezen.

Wat onderscheidt een toploopbaanadviseur van een gewone?

Een toploopbaanadviseur kan iemand adviezen geven die hem een heel nieuw inzicht in hem zelf geven. Een gemiddelde adviseur geeft adviezen die de cliënt zelf ook had kunnen bedenken. Met een breed repertoire aan analysemethodes en adviesstijlen (humor bijvoorbeeld) opent hij deuren naar andere bestemmingen en tegelijkertijd is hij in staat de verantwoordelijkheid voor de gemaakte keuzes bij de cliënt te laten. Hij kan zijn eigen ego opzij zetten om de cliënt zijn eigen richting te laten kiezen. Een opgedrongen keuze heeft zelden succes.

Hoe word je loopbaanadviseur?

Iedereen mag zich loopbaanadviseur noemen, het is geen beschermde titel. Het is een beroep waarvoor je in elk geval een hbo-opleiding nodig hebt, bijvoorbeeld Human Resource Management of Toegepaste Psychologie met een specialisatie loopbaanadvies. Je kunt ook andere opleidingswegen kiezen. Na die hbo-opleiding is een goede stap om in dienst te gaan bij een P&O-afdeling of een consultancybureau als junior-adviseur. Je kunt ook bij een uitzendbureau of een re-integratiebedrijf solliciteren of een UWV als startfunctie. Het is belangrijk dat je veel verschillende werkervaring op doet en ook levenservaring. Dat helpt ook om in sollicitaties aan te tonen dat je geschikt bent. Je hebt die ervaring immers nodig om je te kunnen inleven in je cliënten. Je kunt natuurlijk je eigen praktijk openen, maar je hebt weinig te bieden als je dat direct na je opleiding doet.

"Bij Van Ede & Partners, een goed bekend staand adviesbureau dat veel met cliënten in hogere functies werkt, wordt het als een voordeel beschouwd als je minstens 42 bent en een keer ontslagen bent", zegt Pierre Remijn. "Sowieso moet je zelf je bestemming wel gevonden hebben. Zelf een keer gecoacht zijn is dan een goede inspiratie. Je moet wel klaar zijn met jezelf, anders kun je niet professioneel adviseren."

Wanneer kies je voor dit beroep?

Bert Warners (Register BKA) zat op de kweekschool (die nu de opleiding leraar basisonderwijs heet) maar had weinig feeling met de creatieve vakken. Hij is naar het arbeidsbureau gegaan voor een studiekeuzeadvies. Wat die adviseur met hem deed, vond hij heel interessant werk. Vooral omdat het toch over onderwijs ging, zijn eerste liefde. Toen bestond de Academie voor school- en beroepskeuze nog. Na die opleiding is hij bij een brede loopbaanadviesorganisatie gaan werken. Hij is nog steeds gespecialiseerd in school- en studiekeuze en vindt het heel leuk werk.

Als vrienden graag bij je komen vanwege je luisterende oor, kan dat een aanwijzing zijn dat loopbaanadvies iets voor je is. Je moet echter niet de held willen spelen die iedereen meteen een oplossing biedt en je bent ook geen therapeut die alleen maar ja en amen knikt. Je moet praktisch ingesteld zijn om mensen te kunnen ondersteunen en soms ook te sturen in hun loopbaan. Ze moeten niet blijven praten maar aan het werk gaan.

Bevalt leidinggeven je goed, heb je interesse in mensen en hun motieven om zich te ontwikkelen in hun studie en werk, dan zijn dat aanknopingspunten.

Wat zijn je carrièremogelijkheden?

Je kunt je het beste eerst aansluiten bij een grotere organisatie, want dan heb je meer ontwikkelingsmogelijkheden. Je ontmoet veel verschillende cliënten en komt in veel bedrijven. Ook kun je goede interne opleidingen volgen in bepaalde analysemethoden of gespreksvoering.

  • Na je start is specialisatie mogelijk in bepaalde psychologische technieken, bijvoorbeeld Rationeel Emotieve Therapie of onderzoeksinstrumenten als MBTI en de kernkwaliteiten van Ofman.
  • De 'harde' kant is ook een optie. Een studie organisatie- of bedrijfskunde geeft een goede ondergrond aan het begeleiden van reorganisaties.
  • Als coaching geven goed bevalt, kun je dat ook op andere vlakken gaan doen dan alleen werk en studie.

Ten slotte is de keuze voor een bepaalde doelgroep ook mogelijk: mensen die re-integreren, langdurig werklozen, jongeren met studiekeuze- of motivatieproblemen of juist hoger opgeleiden voor wie je gaat bemiddelen. Dan moet je het leuk vinden een netwerk in de top van het bedrijfsleven te ontwikkelen.

Welke beroepen lijken erop?

Aanbevolen websites

  • Het Register BKA  schrijft alleen adviseurs in die voldoende kennis hebben van testpsychologie, zich aan een gedragscode houden en aan een kwaliteitsstandaard voldoen. Je vindt daar ook een goed overzicht van veelgestelde vragen over loopbaanadvies en boekbesprekingen.
  • Het NOLOC (Orde voor Loopbaanadviseurs en Outplacement Consulenten) is de beroepsvereniging van professionals werkzaam op het gebied van loopbaanadvisering, outplacement, beroepskeuzeadvies en carrièrecoaching. Op de site vind je informatie over bijeenkomsten en workshops. Een goede eerste stap als je overweegt dit beroep te kiezen.

Aanbevolen boeken

  • Susanne Biemans maakt veel gebruik van het werk van Edgar Schein over loopbaanankers. Dit zijn combinaties van je talenten, drijfveren en waarden. Met inzicht in je ankers kun je beter bepalen welk soort baan je wilt. Loopbaanankers. Ontdek je werkelijke waarden, Academic Service. Door dit boek krijg je een indruk van de psychologische en methodische kennis die je als loopbaanadviseur nodig hebt.
  • Hetzelfde geldt voor Loopbaanzelfsturing. Bezieling en vitaliteit, van Ad Hoogendijk (Business Contact). Met dit boek leer je hoe je anderen de vaardigheden kan aanleren om zich uit te zoeken welke kant ze op willen en kunnen. Hoogendijk verzorgt ook een opleiding voor loopbaanadviseurs, die goed bekend staat.
  • Een veel gebruikt boek is ook: Wat is de kleur van jouw parachute van Richard Bolles (Uitgeverij Nieuwezijds, Amsterdam). Een boek met een goede mix van theorie en oefeningen dat zowel door adviseurs als door en voor cliënten gebruikt wordt. Er is ook een werkboek bij.

Dit artikel kwam tot stand op basis van interviews met:

  • Susanne Biemans, zelfstandig loopbaanadviseur
  • Pierre Remijn, werkzaam bij Hudson, een internationaal adviesbureau op het gebied van Human Resource Management. Hij is voorzitter van de NOLOC.
  • Bert Warners, studie- en beroepskeuzeadviseur van de Geldergroep en voorzitter en beheerder van het Register BKA.

Auteur: Isabelle Langeveld

Je bent hier: Home Beroep Functies in Economie en management Beleids- en ondersteunende functies Loopbaanadviseur