Samenwerkend studeren

Het tegengaan van meeliften
Remi Wagenaar, studieadviseur en docent aan de Hogeschool van Hall Larenstein: "Bij samenwerkend studeren krijgen studenten ook een individuele beoordeling. Een voorbeeld: ik geef les in de competentie adviseren. Studenten moeten als groep een milieuadvies uitbrengen. Daarvoor gaan ze eerst samen een onderzoek opzetten en uitvoeren. De eerste groepstaak is het maken van een goede taakverdeling. Tegelijkertijd krijgt iedere student ook een individuele taak toegewezen. De een doet een intakegesprek, de ander een follow-up-gesprek en weer een ander het eindgesprek. Hiervoor krijgen ze een individuele beoordeling. Op die manier gaan we meeliften tegen en voorkomen we dat studenten alleen die taak op zich nemen waar ze goed in zijn. Anders zouden de goede sprekers alle gesprekken gaan voeren."

Of het nu projectonderwijs heet, of action learning, je werkt in het hbo vaak samen in groepen. Kom je net van het mbo, dan is dit meestal even wennen. Voor studenten die al werkervaring hebben, is samenwerkend studeren vertrouwder. Zij zijn het gewend om in teamverband aan projecten te werken.

Samenwerkend studeren past in de moderne opvatting van wat goed onderwijs is. Vroeger was de les geslaagd als de docent duidelijk en helder zijn verhaal had verteld. Tegenwoordig heb je als student een actieve rol bij het leren. Daarvoor is het samenwerken in een projectgroep heel geschikt. Je krijgt als groep begeleiding van een mentor, tutor of ouderejaarsstudent.

Een projectgroep wordt meestal op verschillende punten beoordeeld:

  • Het eindproduct moet natuurlijk goed zijn.
  • Ook moet de kwaliteit van de samenwerking voldoende zijn. Is er een goed projectplan en een eerlijke taakverdeling gemaakt? Hoe zijn jullie als groep omgegaan met conflicten? Hiervoor is de groep als geheel verantwoordelijk. Steeds vaker echter word je ook individueel beoordeeld op je bijdrage. Dit gebeurt om meeliften (profiteren van andermans werk) tegen te gaan.

Wat zijn de voordelen van samenwerkend studeren?

  • Samenwerken is een natuurlijke motivatieverhoger. Het feit dat anderen op je rekenen motiveert, zelfs als je de opdracht niet zo interessant vindt.
  • Er zijn weinig dingen leerzamer dan hulp te geven aan een ander. Uit onderzoek blijkt dat studenten die tijdens het samenwerken iets uitleggen het meeste leren. Tijdens het uitleggen ga je actief met de lesstof om en ontdek je vanzelf eventuele gaten in je kennis. Natuurlijk is hulp geven alleen prettig als je het gevoel hebt dat de ander jou ook zou helpen als je daar behoefte aan hebt.
  • Hulp vragen is ook een kunst: betere vragen leiden tot betere antwoorden. Vragen die pasklare antwoorden uitlokken, zijn minder effectief. Vragen naar begrippen ("Wat betekent dit en dit?") zijn nuttiger, omdat je hierbij goed moet luisteren. Je moet als vrager kortom een actieve rol hebben en niet alleen maar overpennen wat een ander je influistert.
  • Samenwerkend leren lijkt op een echte werksituatie. In je toekomstige werk doe je immers geen individuele tentamens, maar werk je samen onder een leidinggevende aan projecten. Het is dus nuttig dat je tijdens je studie de sociale competenties hiervoor leert: bijvoorbeeld luisteren, discussiëren en conflicten oplossen.

Wanneer heeft samenwerkend studeren de grootste kans op succes?

  • Je bent afhankelijk van elkaar: Als je van elkaar afhankelijk bent voor een goed resultaat, ga je vanzelf elkaar helpen, met elkaar discussiëren en materialen delen. Om dit te bereiken, moet eerst voor iedereen duidelijk zijn dat het einddoel alleen gehaald wordt als ieder zich inzet. Zo niet, dan gaat ieder gewoon aan de slag met zijn eigen taak en is niet geïnteresseerd in de vorderingen van de ander.
  • Je legt verantwoording af: Als ieder verantwoording moet afleggen voor zijn eigen taak, voorkom je dat mensen meeliften of werk afschuiven. Dit moet dan wel een goed omschreven taak zijn waarvan het resultaat 'meetbaar' is. 
  • De groep is niet te groot: Hoe groter de groep, des te groter de kans dat de werkverdeling uit evenwicht raakt. Mensen kunnen zich makkelijker onzichtbaar maken in een grote groep. Bij een grote groep is de kans ook groot dat er simpelweg te weinig werk is voor alle leden. Dit is demotiverend. Groepjes van twee tot vier personen zijn ideaal.
  • De groep is goed geïnformeerd. Als groep moet je goed geïnformeerd zijn over de opdracht. Ook moeten jullie weten welke problemen jullie intern oplossen en wanneer jullie naar de begeleider stappen. De sociale vaardigheden die hiervoor nodig zijn, moet de docent of begeleider je eerst hebben aangeleerd.

Hoe leer je praten over het groepsproces?

Remi Wagenaar: "Ik gebruik een soort kaartspel. Dit dient om studenten inzicht te geven in het groepsproces en hun eigen karakter. Halverwege een groepsopdracht laat ik ze kaartjes uitdelen aan elkaar waar eigenschappen op staan. 'Wie vind je een leider, een sfeerbewaker, een kritisch persoon?' De studenten worden zich ervan bewust dat er in het team een mix zit van types en dat deze nodig zijn bij verschillende fasen in het proces. Bij het brainstormen heb je een ander type nodig dan bij het opstellen van een conclusie. Het spel is dus een manier om studenten te leren praten over het groepsproces."

Albert van Engelenhoven is 4e jaars hbo-bedrijfseconomie aan de Hogeschool Zeeland. "Ik vind dat samenwerkend studeren erg zinvol is. Het grote voordeel is dat je vaardigheden ontwikkelt die je met individuele studie niet ontwikkelt. Hoe om te gaan met meelopers bijvoorbeeld. Een groot nadeel vind ik dat er vaak opdrachten in teamverband worden gegeven die daar helemaal niet geschikt voor zijn. Te vaak kan een opdracht in stukken geknipt worden, waarbij elk groepslid een deel voor zijn/haar rekening neemt. Het werken in teamverband schiet zijn doel (elkaar aanvullen, ontwikkelen van extra competenties en dergelijke) daardoor voorbij."

Wat doe je als de samenwerking niet vlot verloopt?

Als groep probeer je natuurlijk eerst om zelf de samenwerking te verbeteren. Je analyseert waarom de samenwerking niet soepel verloopt en wat er verbeterd moet worden. Daarbij zijn de Teamrollen van Belbin goed gereedschap. Doet iedereen wel waar hij goed in is en respecteren de teamleden de onderlinge verschillen wel?

Als je het groepsproces analyseert, is het belangrijk om uit te gaan van waarnemingen en niet te snel conclusies te trekken. Een voorbeeld van een overhaaste conclusie is: "‘Stijn neemt zijn taak om de notulen te maken niet serieus. Niemand durft hier wat van te zeggen". Probeer echter eerst je waarneming te benoemen: "Stijn zegt dat hij geen tijd heeft gehad om te notuleren. Niemand heeft hierop gereageerd." Verzamel eerst ieders waarnemingen en ga dan pas proberen om met de groep deze te interpreteren. Je zult zien dat iedereen andere interpretaties heeft. De volgende stap is dan om de oorzaak vast te stellen en deze proberen weg te nemen.

Als het probleem ontaardt in een conflict, kom je er vaak samen niet meer uit. Je moet dan een partij van buiten erbij halen. Vaak is dat de docent of mentor/begeleider. Maar ook zogenaamde mediators (bemiddelaars) worden hiervoor soms ingezet. Sommige hogescholen zetten al speciaal opgeleide student-mediators in bij de bemiddeling van conflicten.

Als je bij het samenwerken in groepen steeds tegen bepaalde problemen oploopt, is het heel belangrijk dat je hieraan gaat werken. Soms kun je een opdracht wel individueel herkansen, maar dit is maar een tijdelijke oplossing. Overleg dus met je studieloopbaanbegeleider of mentor hoe je deze competentie kunt verbeteren en neem dit op in je persoonlijk ontwikkelingsplan.

Wat zijn de grootste struikelblokken?

Studieloopbaanbegeleider en docent Remi Wagenaar weet waar het vaak misloopt. "Een veelvoorkomend probleem met samenwerkend studeren is dat er geen duidelijke afspraken worden gemaakt. Dan gaat het dus al vroeg mis. Daarnaast zie je vaak dat studenten elkaar niet op hun verantwoordelijkheden aan durven te spreken. Dit ervaren ze al snel als 'klikken'. Terwijl het voor het groepsproces belangrijk is dat er iemand wordt ingeschakeld om de problemen op te lossen. Hier speelt hetzelfde als bij het meeliftverhaal. Studenten dekken elkaar teveel. Een ander punt waar studenten moeite mee hebben, is om over persoonlijke verschillen heen te stappen. Je moet echter ook professioneel leren samenwerken met iemand die je niet zo goed ligt."

Ten slotte: het is belangrijk om je individuele opdrachten niet te verwaarlozen. Het is begrijpelijk dat een groepsopdracht meestal voorrang krijgt - je wilt je medestudenten niet in de steek laten. Dit is wel een risico voor een bepaald type studenten met veel verantwoordelijkheidsgevoel: zij besteden soms zo veel extra tijd aan groepsopdrachten dat hun tentamens erbij inschieten.

Auteur: Erik Weijers

Je bent hier: Home Opleiding Studeren in het hbo Snel en soepel door het hbo Samenwerkend studeren