Generaliseren

Generaliseren is een onderdeel van de competentie conceptueel denken. Iemand die conceptueel denkt, ziet het meer algemene in het concrete probleem. Hij bedenkt structurele en bredere oplossingen.

Wat is generaliseren?

Generaliseren is een probleem aanpakken zoals soortgelijke problemen worden aangepakt, door het in een groter of abstracter kader te plaatsen. Daarmee toon je de hoofdlijnen en laat je de bijzaken weg.

Een generalisatie gaat:

  • van specifiek naar algemeen: je laat de details van een probleem weg en kijkt naar wat het gemeenschappelijk heeft met andere problemen;
  • van concreet naar abstract: je formuleert een algemeen geldende regel op een hoger abstractieniveau;
  • van klein naar groot: je plaatst een klein probleem in een groter kader;
  • van een enkel geval naar vele gevallen: je kijkt naar de gemeenschappelijke kenmerken van vele mensen, problemen of situaties.

In een generalisatie wordt een algemene regel geformuleerd op basis van de gemeenschappelijke kenmerken van een aantal specifieke gevallen of exemplaren. Voorbeeld van een generalisatie: verpleegkundigen hebben een zorgzaam karakter. Daar zit een kern van waarheid in, want zorgen voor anderen behoort tot de kern van het beroep. Maar zit zorgzaamheid per se in de persoonlijkheid van elke verpleegkundige? Nee, niet bij elke verpleegkundige, maar waarschijnlijk wel bij zeer vele.

Signaalwoorden van generalisaties zijn:

  • alle
  • iedereen
  • altijd
  • veel/vele
  • de meeste
  • niemand
  • nooit

Soms zijn die woorden impliciet. Als je zegt "Journalisten zijn nieuwsgierig", dan begint die zin eigenlijk met het impliciete woord "alle". Als je een woord als "alle" in een absolute generalisatie vervangt door "de meeste" of "vele", dan is de uitspraak doorgaans objectief juist.

Voorbeelden van generaliseren

In een teamvergadering zegt collega Edward: “we moeten regels hebben voor het meenemen van een hond naar het werk”.
Teamleider Moniek generaliseert: “inderdaad, maar laten we het verbreden naar alle huisdieren”.

Een generalisatie kan een interessante debatstelling zijn, bijvoorbeeld: Nederlanders zijn in zijn algemeenheid beter in anderen de wet voorschrijven dan hem zelf naleven.

Ongeoorloofde of overhaaste generalisatie

Bij een ongeoorloofde of overhaaste generalisatie beoordeel je een individu op kenmerken van anderen uit een groep, waarvan hij volgens jou deel uitmaakt. De redenering is als volgt: als een deel van die groep dat doet, dan doen ze het allemaal. Dit is een drogreden, een ongeldige argumentatie.

Veel vooroordelen zijn gebaseerd op zulke ongeoorloofde generalisaties. Generalisaties worden in verband gebracht met racisme, seksisme of een andere vorm van discriminatie. In het algemeen is het beter niet ondoordacht te generaliseren over volkeren, etnische minderheden en andere groepen mensen.

Nuttige generalisaties

Generaliseren is nuttig om te kunnen spreken over eigenschappen van mensen die bij veel mensen voorkomen. Dat kan goed zijn, juist om de lezer zich ervan bewust te maken dat hij (of zij) meer is dan lid van een groep. Eigenschappen en vaardigheden kunnen worden ontwikkeld, ongeacht bij welke groep je hoort. Zo generaliseren we er lustig op los in het artikel: Wat kunnen vrouwen beter dan mannen?

Generalisaties zijn onvermijdelijk in het maatschappelijk debat, dat vaak over groepen mensen gaat. Sander Schimmelpenninck schreef daarover in de Volkskrant: "het publieke debat, een politieke discussie of welk macro-economisch gesprek dan ook is volstrekt onmogelijk zónder generalisaties." De reden daarvoor is volgens Schimmelpenninck:

Toch is individueel gedrag in essentie nog altijd volstrekt oninteressant voor het publieke debat en de politiek. Het wordt pas interessant wanneer er zoveel individuen een bepaald gedrag vertonen dat er sprake is van een groepsgedraging of trend; it’s the herd, stupid!

Schimmelpenninck betoogt dat generalisatie - mits fatsoenlijk gebruikt - een tegengif is voor de doorgeslagen individualisering in de samenleving. Hij sluit zijn betoog af met een oproep:

Laten we het dus minder hebben over het individu en meer over de groep en de keuzes van die groep. Minder over incidenten, en meer over het systeem. Niet de gevolgen van het uitkleden van de zorg, onderwijs of defensie dienen het debat te bepalen, maar dat voortdurende uitkleden zelf. Laten we elk gesprek over individueel gedrag radicaal afkappen of weigeren. Want met de personificatie van problemen ­komen we geen stap dichter bij een oplossing daarvan.

Daarmee pleit hij voor het goed toepassen van generaliseren zoals we het hier bedoelen: als onderdeel van de competentie conceptueel denken.

Generaliseer genuanceerd en houd rekening met de context

Generalisaties zijn vaak gebaseerd op beperkte informatie of een bepaald perspectief. Ze doen daardoor niet altijd recht aan de complexiteit en diversiteit van de groepen waar het over gaat.

Bijvoorbeeld, in het maatschappelijk debat over de effecten van immigratie op de samenleving kan het verleidelijk zijn om te generaliseren over "alle immigranten" of "alle Nederlanders", zonder oog te hebben voor de verschillen in afkomst, cultuur, opleiding, status, et cetera binnen deze groepen. Dit kan leiden tot stereotypering, discriminatie en polarisatie.

Om effectief en verantwoord te kunnen generaliseren, is het belangrijk om een breder perspectief te ontwikkelen en verschillende bronnen te raadplegen. Bekijk de kwestie vanuit verschillende invalshoeken en sta open voor nieuwe informatie en inzichten. Ook is het belangrijk om te blijven reflecteren op je eigen vooroordelen en blinde vlekken, en om te zoeken naar manieren om deze te overstijgen. Op die manier kun je generalisaties gebruiken als een nuttig instrument om kennis en begrip te vergroten, zonder daarbij de nuance en complexiteit uit het oog te verliezen.

Generalist vs specialist

Een generalist is iemand die van veel dingen iets weet (hij is van alle markten thuis). Dit in tegenstelling tot een specialist, die veel weet van weinig. Een generalist is dus niet per se iemand die goed is in generaliseren.

Definitie van generaliseren in de Rechtswetenschap

In de Rechtswetenschap is een definitie van generaliseren:

uit een bijzonder geval een algemene conclusie afleiden; alles over dezelfde kam scheren; ongenuanceerd denken

Wat betekent generalisatie bij wetenschappelijk onderzoek

Onderzoek wordt vaak gedaan op een voldoende grote en representatieve steekproef, een klein deel van de hele populatie. Op basis van dat onderzoek kan een statistisch verantwoorde uitspraak worden gedaan over de hele populatie. Dat wordt statistische generalisatie genoemd.

Het wordt lastiger bij statistieken over mensen. Een op feiten en statistieken beruste generalisatie kan onbedoeld racistisch of seksistisch worden uitgelegd.

Generaliseerbaarheid

Als een onderzoek is uitgevoerd op een kleine of niet-representatieve groep, dan zijn de uitkomsten niet generaliseerbaar. De resultaten en conclusies kun je dan niet generaliseren naar andere situaties, personen of groepen. Simpel gezegd: hoe groter en diverser de onderzoeksgroep, hoe generaliseerbaarder de conclusies.

Synoniemen van generaliseren

Een synoniem van generaliseren is: veralgemenen of veralgemeniseren. Veralgemenen is standaardtaal in het hele Nederlandse taalgebied. Veralgemeniseren is standaardtaal in Nederland.

Een synoniem van gegeneraliseerd is: veralgemeend of veralgemeniseerd.

Een synoniem van generalisatie is: veralgemenisering.

Het bijvoeglijk naamwoord generaal betekent: algemeen. Voorbeeld: een generaal pardon.

Een bekende uitdrukking is "alles over één kam scheren" wat betekent relevante verschillen weg generaliseren: alles op dezelfde wijze behandelen of volgens dezelfde normen beoordelen.

Aanbevolen websites

Bronnen

Auteur: René Pijlman

Je bent hier: Home Functioneren Professionele vaardigheden Rationeel denken Generaliseren