Netwerken

Netwerken is het aanknopen en onderhouden van persoonlijke en professionele relaties, met de bedoeling elkaar nu en dan een gunst te kunnen verlenen op het gebied van werk, carrière of privéleven.

Netwerken is dé manier om aan een nieuwe baan te komen, klanten te vinden en goed op de hoogte te blijven. Immers: twee weten (en kennen) meer dan één. Maar: wat is netwerken? Hoe doe je het? En wat moet je wel en niet doen?

Marieke Jansen is overtuigd netwerker: "Netwerken is voor mij gewoon een manier om leuk met mensen om te gaan. Ik ben zo´n type dat met anderen meedenkt. En omdat ik zelf vaak open ben over wat me bezig houdt, denken anderen vaak ook met mij mee. Netwerken klinkt vaak als iets vies. Dat is het niet. Je helpt elkaar verder."

Wat is netwerken?

Netwerken is het offline en online leggen en onderhouden van contacten die je verder kunnen helpen in je werk, je carrière en je privéleven. Maar dat is slechts één kant van de medaille. Dat netwerk is er niet alleen voor jou, het is de bedoeling dat ook de anderen er iets wijzer van worden. Netwerken is geven en nemen. Dus ook jij helpt mensen in je netwerk aan informatie en nieuwe contacten en geeft iemand net die tip over die ene leuke baan die goed bij haar past. Zo help je elkaar. De basis van een goed netwerk is vertrouwen. Het doel is het delen van kennis, informatie en contacten. De crux is dat je weet wat je wilt bereiken en hoe je je netwerk gebruikt, onderhoudt en uitbreidt. Netwerken is een cruciale soft skill voor een succesvolle carrière.

Diana van Tholen is office manager bij een verzekeringsmaatschappij: "Een goed netwerk binnen de organisatie is voor mij van levensbelang. In een groot bedrijf is het de kunst veel mensen te kennen en dat veel mensen jou kennen. Ik zorg er daarom voor dat ik investeer in relaties op andere afdelingen. Juist ook in de portiers, de systeembeheerders en de mensen van de repro-afdeling. Dat werkt veel leuker, da´s één. Maar ook belangrijk is dat je mensen ook persoonlijk kunt aanspreken als je ze echt nodig hebt. Bovendien, als mensen je kennen, gunnen ze je meer."

Wat wil je bereiken met je netwerk?

Netwerken gaat makkelijker als je weet wat je doelen zijn, want dan kun je er met anderen over praten.

  • Op kortere termijn kun je op een rij zetten wat je de komende tijd op je werk moet realiseren.
  • Inzicht in je doelen op langere termijn krijg je door zelfonderzoek te doen. Waar ben je goed in, wat wil je ontwikkelen en waar wil je over vijf jaar staan?
  • Bedenk ook wat je voor anderen kunt betekenen.

Als dat helder is, valt een nieuwe kennis sneller in het juiste "vakje" en kun je ook een vraag aan iemand die je ontmoet concreter formuleren.

Wie zitten er in je netwerk?

In principe is iedereen die je kent of gekend hebt én die een positieve indruk van jou heeft, je netwerk. Je vrienden, je familie, je oude klasgenoten, docenten, mensen van je sportvereniging, (oud-)collega’s... Je netwerk is groter dan je denkt. Bovendien hebben mensen uit jouw netwerk zelf ook weer een netwerk. Zo kun jij je netwerk dus weer uitbreiden door gebruik te maken van contacten van anderen. Er is ooit uitgerekend dat je binnen drie schakels (de vrienden van de vrienden van jouw vrienden) toegang hebt tot alle mensen in Nederland. Met goed netwerken moet je dus bijna bij iedereen aan tafel kunnen komen.

Breng je netwerk in kaart

Het is aan te raden je eigen netwerk eens een keer voor jezelf in kaart te brengen en te ordenen. Elk netwerk bestaat uit een aantal velden. Een veld is bijvoorbeeld je vorige werk, je sport of mensen die je van een opleiding kent. 

  • Maak in Outlook categorieën aan in je contactpersonen. Of sorteer je hele doos visitekaartjes eens op verschillende velden.
  • Doe een verkenning van je (nu georganiseerde) netwerk. Aan de hand van je doelen op korte en lange termijn kun je vragen formuleren: als ik X wil weten, in welke velden kan ik dan het beste zoeken... Als ik een baan in sector X wil, wie ken ik daar dan...? Zo oefen je jezelf in het zoeken naar de juiste contacten.

Bouw je netwerk uit

Het op- en uitbouwen van je netwerk gaat vaak vanzelf. In je werk en privé ontmoet je nieuwe mensen en daarmee nieuwe mogelijkheden. Je kunt je netwerk ook uitbreiden door een profiel aan te maken op netwerksites als Facebook en LinkedIn.

Natuurlijk kun je mensen ook gericht benaderen voor jouw doelen, bijvoorbeeld door iemand te bellen voor een afspraak. Hoewel veel mensen dat lastig vinden, is het vooral een kwestie van doen. Dan zul je vanzelf merken dat netwerken vaak heel erg leuk is. Bedenk voor jezelf maar eens een situatie waarbij je anderen advies geeft, omdat je op een bepaald terrein meer kennis hebt dan de ander. Dat doe je waarschijnlijk met veel plezier en inzet. En dit geldt ook voor de persoon die jij benadert om te netwerken.

In het algemeen geldt als je met mensen praat: luister en vraag goed door. Zo kun je aan een heleboel informatie komen waar jij wat aan hebt, of waarmee je de ander wellicht verder kan helpen.

Goede gelegenheden om te netwerken

Netwerken kan overal en altijd. De volgende gelegenheden zijn bij uitstek geschikt:

  • congressen, workshops en seminars
  • borrels en recepties binnen en buiten je eigen bedrijf
  • verjaardagen (al moet je oppassen dat je niet de hele tijd over je werk zit te praten)
  • opleidingen, trainingen en cursussen
  • via je online identiteit op internet
  • door je aan te sluiten bij een vak- of regionaal netwerk of een netwerk van jonge professionals

Gebruik én onderhoud je netwerk

Stel: je bent op zoek naar een nieuwe baan. Je wilt bijvoorbeeld graag een baan in de wereld van taal en communicatie, zoals een baan als redacteur. Als je al mensen kent, is het makkelijk: je belt ze eens op, kletst wat bij en maakt eventueel een afspraak voor een gesprek. "Ik ben me aan het oriënteren op een baan als redacteur. Graag zou ik eens met jou afspreken om een indruk te krijgen van wat jij doet." Verwacht er niet meteen iets voor terug. Netwerken gaat in eerste instantie gewoon om het uitwisselen van informatie en de toegang tot contacten.

Heb je zelf geen kennissen in de branche waar je heen wilt, misschien heeft iemand die je kent ze weer wel. Je praat met een vriend, die zegt dat de vrouw van een collega bij een krant werkt. "Goh", zeg jij, "interessant, met haar zou ik wel een keer willen praten. Zou jij haar willen vragen of ik contact met haar mag opnemen?" Heb je een profiel op bijvoorbeeld LinkedIn, dan kun je zoeken naar mensen die een voor jou interessante functie bekleden. Je kunt ze vervolgens via een persoonlijk bericht om meer informatie vragen.  

Joost Brouwer: "Toen ik terugkwam na een paar maanden reizen, moest ik alles weer opnieuw opbouwen. Het eerste wat ik deed was even bijpraten met vrienden, familie en oude collega´s. Iedereen was natuurlijk hartstikke nieuwsgierig naar mijn ervaringen. Ik vertelde ze ook over mijn plannen en wensen voor de toekomst. Via via had ik binnen een maand weer een huis en drie afspraken voor sollicitatiegesprekken."

Tien tips voor het goed gebruiken van je netwerk

  1. Netwerk het liefst met mensen met wie je het goed kunt vinden. Dit zorgt er ook voor dat je elkaar begrijpt in wat je nodig hebt. Bovendien is een goede netwerkrelatie gebaseerd op wederzijds vertrouwen. Wees dan ook open en oprecht in je interesse in anderen: mensen prikken er meteen doorheen als je een praatje komt maken met een verborgen agenda. 
  2. Verzamel visitekaartjes en berg ze gesystematiseerd op. Schrijf bij het kaartje waar je diegene hebt ontmoet, en wat jullie eventueel voor elkaar kunnen betekenen.
  3. Als je weet wat je wilt en daar met anderen over praat, komen informatie en contacten van je netwerkpartner vaak als vanzelf naar boven. 
  4. Houd er ook tijdens een gesprek op jouw verzoek rekening mee dat netwerken altijd wederzijds is. Netwerken begint vaak met het meedenken met een ander, oftewel: je begint meestal met geven voordat je gaat nemen.
  5. Zorg ervoor dat je een goede naam hebt en houdt. Verwijs bijvoorbeeld geen mensen door naar jouw contacten als je twijfelt aan hun motieven.
  6. Denk bij netwerken ook aan de lange termijn. Misschien kun je nu nog niets met een contact, over een half jaar blijk je ineens een vraag te hebben waar dit contact je mee kan helpen.
  7. Bedank mensen die iets voor je hebben gedaan de volgende dag nog even met een mailtje, en vertel wat je eraan gehad hebt.
  8. Krijg je een uitnodiging waarop je niet kunt ingaan, laat dat even weten. Zo houd je je contacten warm.
  9. Waardeer het als je van iemand een tip krijgt, ook al kun je er zelf niets mee. Misschien kun je een ander er blij mee maken. Vertel dat ook aan de tipgever. "Het sloot niet aan bij mijn ervaring, maar ik denk dat een vriendin daarvoor uitermate geschikt zou zijn. Is het goed als ik dit aan haar doorgeef?"
  10. Ben je met iemand op goede voet, stuur een kaartje met verjaardagen en laat ook eens iets van je horen als je hem of haar niet nodig hebt.

Niet doen

  • Doen alsof je interesse in de ander hebt.
  • Verwachten dat anderen je helpen. Netwerken is meer dan het uitgooien van visjes. Wordt er niet gehapt: ook goed (en wie weet wat iemand later nog met jouw vragen doet).
  • Roddelen of andere minder nette manieren van interne kantoorpolitiek. Negatieve uitspraken over anderen komen altijd als een boemerang bij je terug.

Netwerken als competentie

Een competentie is een in gedrag waarneembare combinatie van kennis, vaardigheden en persoonlijke kwaliteiten waarmee je in praktijksituaties je werk goed kunt doen. De competentie netwerken staat op vrijwel elke lijst met algemene competenties.

Wat moet je kunnen om goed te netwerken?

Hoe toon je netwerkvaardigheid aan bij een sollicitatie?

Als je via via aan een baan komt, toon je daarmee al aan over een netwerk te beschikken. Daaruit kunnen selecteurs al afleiden dat jij een echte netwerker bent. Reageer je op een vacature buiten je netwerk, dan zul je andere manieren moeten gebruiken om aan te tonen dat je goed kunt netwerken.

Stel: in de vacature voor een beleidsmedewerker Jeugdbeleid bij een provincie staat dat de kandidaat in staat moet zijn een goed netwerk op te bouwen in het beroepsveld. Wat zouden ze daarmee bedoelen?

Het jeugdbeleid wordt uitgevoerd door veel verschillende instanties en mensen, zoals de jeugdzorg, de kinderrechter en de kinderbescherming. Als je als beleidsmedewerker afwacht tot informatie je via formele weg bereikt, ben je altijd te laat met je voorstellen voor nieuw beleid. Daarom is het belangrijk dat je vaak mensen spreekt die in de uitvoering van jeugdzorg werken en dat ze je snel en eerlijk informeren.

Je hebt hiervoor bij het Ministerie van Onderwijs gewerkt, als beleidsmedewerker voor kinderen die zonder diploma de school verlaten. Je leerde al snel dat je weinig kunt doen als je in Den Haag op het ministerie blijft zitten. Je ging geregeld naar congressen en organiseerde discussiebijeenkomsten over dat onderwerp. Daar heb je veel mensen leren kennen en in anderhalf jaar tijd een goed netwerk opgebouwd. Voor deze nieuwe functie zul je grotendeels opnieuw moeten beginnen, maar je weet hoe je moet netwerken en je hebt er veel zin in.

Dit zet je in je sollicitatiebrief en licht je toe in je sollicitatiegesprek.

Andere voorbeelden

  • Bureauredacteur: Bij mijn blad maken we dikwijls gebruik van freelance journalisten. Ik onderhoud ook contact met ze als ik even geen opdrachten heb, omdat ik het leuk vind om ze te volgen. Maar ook heb ik in mijn werk er veel profijt van als ik weet wie met welk onderwerp al bezig is geweest.
  • Office manager: Zodra het qua werkdruk even kan, loop ik rond op mijn eigen afdeling, maar ook op afdelingen waarmee ik veel samenwerk. Zo zorg ik ervoor dat ik sociaal met mensen op goede voet sta en van alle belangrijke zaken op de hoogte ben. Zo manage ik mijn netwerk van contacten binnen mijn bedrijf, zodat ik als ik het echt nodig heb op ze kan rekenen. En zij op mij natuurlijk.

Voorbeelden van competentiegerichte vragen over netwerken tijdens het sollicitatiegesprek:

  • Op welke manier besteed je aandacht aan het onderhouden van je netwerk? Geef een voorbeeld.
  • Wanneer heb je voor het laatst nieuwe mensen ontmoet die je beschouwt als deel van je netwerk? Hoe heb je het contact gelegd?

Aanbevolen websites

Aanbevolen boeken

  • Fisher, D., Persoonlijk netwerken voor Dummies, Pearson Education. Dit is een zeer toegankelijk en praktisch boek over netwerken. Het is bij uitstek geschikt voor mensen die beginnen met (bewust) te netwerken. 
  • Romme, Karen, Calimeromarketing. Waar kleine bedrijven groot in kunnen zijn. Scriptum. Zelfstandig ondernemers moeten voortdurend netwerken. Ze moeten immers zelf hun klanten binnen brengen en zijn dus altijd gespitst op de behoeftes van mensen die ze ontmoeten. Ze zitten vaak zelf ook in netwerken waarin ze hun kennissen met elkaar in contact brengen. Romme's advies: zet de P van Persoonlijkheid in. Zorg ervoor dat mensen je onthouden door zelf een interessant mens te zijn. Haar boek is heel enthousiasmerend. En ook als je in dienst bent bij een bedrijf kun je je toch een zelfstandig ondernemer voelen. Je blijft immers niet eeuwig op dezelfde plek zitten.

Auteur: Mariëlle de Groot

Je bent hier: Home Functioneren Samenwerken Sociale vaardigheden Netwerken