Autonomie

Professionele autonomie wil zeggen dat je de zelfbeschikking en zeggenschap hebt om je werk naar eigen inzicht in te richten, dat je zelfstandig werkt en verantwoordelijkheid draagt voor je eigen werk.

Er zitten positieve en negatieve kanten aan autonomie (of: onafhankelijkheid) op het werk. Professionals die ervan houden onafhankelijk te zijn, passen bijvoorbeeld niet altijd goed in een team of zijn soms moeilijk aan te sturen. Anderzijds zijn ze niet snel van hun stuk te brengen, en zijn ze dus geschikt voor functies waar standvastigheid en een zekere strengheid vereist is.

Wat zijn kenmerken van een autonome professional?

Professioneel geklede carrièretijgerin in mantelpakjeAutonome professionals gaan graag hun eigen gang. Ze houden ervan zelf beslissingen te nemen en ze vertrouwen daarbij op hun eigen oordeel, deskundigheid en vaardigheden. Autonome mensen zijn niet snel uit het veld te slaan. Ze werken zelfstandig en zijn besluitvaardig. Ze kunnen veel vrijheid en verantwoordelijkheid aan. Ze voelen zich snel benauwd als ze in een keurslijf moeten opereren. Onafhankelijke mensen hebben vaak een brede kijk op de wereld en zijn meestal vol zelfvertrouwen.

De zelfstandige professional heeft weliswaar een leidinggevende, maar is wat betreft de inhoud van zijn werk vrij van externe aansturing. Hij waardeert zijn eigen zelfstandigheid en put er voldoening uit.

Autonomie is een van de acht carrière- of loopbaanankers. Als het een sterk carrièreanker van jou is, dan wil dat zeggen dat jouw werkplezier en kans op succes sterk door deze factor worden beïnvloed.

Autonoom kunnen werken is een belangrijke soft skill voor een ambitieuze professional.

Autonomie in de zelfdeterminatietheorie: bron van intrinsieke motivatie

De zelfdeterminatietheorie van Deci en Ryan maakt inzichtelijk waarom en wanneer mensen enthousiast en gemotiveerd werken. Volgens het model heeft een professional drie psychologische basisbehoeften:

  1. Competentie: de behoefte om ergens goed in te zijn.

  2. Autonomie: de behoefte om zelf keuzes te kunnen maken en zelfstandig te zijn.

  3. Verbondenheid: de behoefte aan erkenning en waardering, om geaccepteerd en gerespecteerd te worden en goede relaties met anderen te hebben.

Als deze drie basisbehoeften bevredigd worden op het werk, ontstaat bij professionals intrinsieke motivatie en leveren ze de beste prestaties, zo is gebleken uit wetenschappelijk onderzoek.

Voor- en nadelen van autonomie

Positieve kanten

Carrièretijger in grijs pak met stropdas en een pijp in de mond straalt autonomie uitAutonoom zijn heeft positieve kanten:

  • Ze kunnen kritisch denken en goed analyseren, en komen zo tot een oordeel.

  • Ze zijn besluitvaardig, dragen verantwoordelijkheid en houden vast aan het gekozen pad.

  • Autonome mensen zijn sterk taakgericht en minder procesgericht.

  • Autonome mensen zijn standvastig. Ze vertrouwen op hun eigen oordeel en wijken niet snel van hun standpunt. De ander moet moeite doen om een autonoom persoon te overtuigen.

  • Ze vergen weinig aandacht van hun leidinggevende.

Negatieve kanten

Autonome professionals gaan graag hun eigen weg. Daar zitten een paar valkuilen aan, met name als ze doorslaan in hun autonomie:

  • Ze zijn soms ongeduldig. Ze hebben al besloten welke kant ze op willen, maar de rest van het team twijfelt nog. Ze hebben geen zin om te wachten tot alle neuzen dezelfde kant op staan.

  • Ze zijn soms wat eigenwijs en kunnen niet goed samenwerken of vertonen bokkig gedrag. Ze handelen op basis van eigen overtuigingen, persoonlijk inzicht en zien er geen heil in zich te laten overtuigen door teamgenoten.

  • Ze zijn soms moeilijk aan te sturen. Ze hebben zich een idee gevormd hoe ze zo efficiënt mogelijk van A naar B komen. Als een leidinggevende vindt dat er nog een omweg via C bij hoort, bijvoorbeeld om politieke gevoeligheden te omzeilen, dan wil de onafhankelijke mens dat niet respecteren. Hij bepaalt zelf wel hoe hij werkt.

Succesfactoren voor professionele autonomie

"Autonomie is het tegenovergestelde van micromanagement"

- Joan F. Cheverie

De manager moet er voldoende vertrouwen in hebben dat een autonome medewerker goed werk gaat leveren en respect hebben voor diens bijdrage. Bij onvoldoende vertrouwen of respect dreigt het risico van voortgangscontrole en micromanagemen door de leidinggevende.

De medewerker moet voldoende bekwaam zijn en over de benodigde competenties beschikken om het werk goed te kunnen doen.

Ook de leidinggevende moet over bepaalde competenties beschikken, met name coaching en een bijpassende stijl van leidinggeven.

Verschil tussen zelfsturing en zelforganisatie

Als het gaat over de autonomie van teams wordt gesproken van zelforganisatie en zelfsturing. Wat is het verschil?

Bij zelforganisatie bepaalt de leidinggevende het doel, de kaders en de visie, in overleg met de teamleden. Een zelforganiserend team is vrij om te bedenken hoe het in onderlinge samenwerking de doelen nastreeft.

Bij zelfsturing bepaalt het team zelf de doelen. De mate van autonomie is bij zelfsturing dus groter dan bij zelforganisatie.

De betekenis van autonomie

Het woord autonomie is afgeleid van de Griekse woorden αυτονομία (autonomía) voor ‘zelfwetgeving’ en αυτόνομος (autonomos) wat letterlijk betekent ‘geregeerd door eigen wetten (ook wel zelfbestuur genoemd).

Een hoge mate van professionele autonomie heeft verschillende voordelen voor de werkgever en voor de zelfstandige medewerker. Autonomie betekent hogere productiviteit, minder stress en burnout en een hoger niveau van werkplezier:

  • Mensen die het gevoel hebben behoorlijk onafhankelijk te kunnen werken en zelf kunnen bepalen wanneer ze wat precies uitvoeren, hebben minder last van stress en hoge werkdruk.

  • Mensen die zich autonoom voelen in hun werk, zijn gemotiveerder.

  • Het is een misvatting dat groepen betere beslissingen nemen dan een individu. Dat is de reden dat het nuttig kan zijn een of meer kritische, onafhankelijk denkers in huis te hebben. Zulke mensen kunnen een organisatie soms voor een collectieve dwaling behoeden.

  • Op zoek naar een nieuwe baan of werkrichting? De beste banenjacht loopt via netwerken en eigen initiatief. Als je je daarin autonoom opstelt, heb je meer kans van slagen en zul je verrassende ontmoetingen hebben. Wie lijdzaam wacht op een telefoontje van een wervingsbureau, kan lang wachten.

Autonomie als competentie

Een competentie is een in gedrag waarneembare combinatie van kennis, vaardigheden en persoonlijke kwaliteiten waarmee je in praktijksituaties je werk goed kunt doen. De competentie autonomie staat op vrijwel elke lijst met algemene competenties.

Gerelateerde competenties

Bij welke beroepen is autonomie belangrijk?

Er zijn verschillende beroepen waarbij autonomie een belangrijke rol speelt, en waarin iemand behoorlijk autonoom moet kunnen opereren:

Natuurlijk zijn er tal van andere beroepen waar enige mate van autonomie van belang is, maar daarvoor geldt soms dat er dan andere eigenschappen aanwezig moeten zijn om de negatieve kanten te neutraliseren. Dat geldt bijvoorbeeld voor managers. Zij moeten ook goed kunnen samenwerken.

Een bijzonder geval is het beroep van leraar, die in het onderwijs te maken heeft met de motivatie van leerlingen. De docent kan ervoor zorgen dat aan de drie basisbehoeften van de zelfdeterminatietheorie wordt voldaan bij de studenten, met als doel dat zij autonoom met hun opleiding bezig zijn en intrinsieke motivatie ontwikkelen voor hun studie.

Autonoom als kernkwaliteit

Volgens het model van de kernkwaliteiten en kernkwadranten kan elke kwaliteit doorslaan naar een valkuil. Je bent dan te autonoom en anderen zien dat als een slechte eigenschap. Jouw uitdaging is om dat te voorkomen. Als autonomie een kernkwaliteit van je is, dan kun je daarbij ook allergieën hebben en je ergeren aan bepaald gedrag van anderen.

Wat is de valkuil van autonoom?

De een is autonoom, de ander is autonomer, jij bent het autonoomst. Dat is een kwaliteit. Maar kun je ook té autonoom zijn? Jazeker. Overmatige autonomie kan doorslaan naar:
  • Onafhankelijk en geïsoleerd: je zoekt geen hulp bij teamgenoten als je met problemen worstelt. Je verzet je tegen samenwerking en vindt dat jij je eigen boontjes wel kunt doppen.
  • Moeite hebben met het aannemen van constructieve feedback.

  • Star en halsstarrig gedrag: je houdt vast aan je eigen aanpak en wilt je niet aanpassen aan collega's in je team.
  • Overbelasting, stress of zelfs burnout, omdat je te veel verantwoordelijkheid op je neemt en weinig aan collega's wilt overlaten.

Wat zijn jouw uitdagingen of leerdoelen?

Belangrijke leerdoelen om te voorkomen dat autonomie doorslaat naar een valkuil zijn:

  • Samenwerken in een team: je werkt in goede harmonie aan gezamenlijke taken en doelen.
  • Collegialiteit: je helpt collega’s en ondersteunt hen wanneer dat nodig is. Je houdt rekening met hun behoeften en belangen. Je aanvaardt hulp en steun van anderen wanneer dat de teamprestaties ten goede komt.
  • Feedback ontvangen: je aanvaardt een boodschap van een ander over jouw gedrag of prestaties als een kans om iets te leren. Hoe? Door goed te luisteren, een toelichting te vragen en vervolgens te bedenken wat je ermee gaat doen.
  • Aanpassingsvermogen: je blijft efficiënt werken onder wisselende omstandigheden door je steeds aan te passen aan de omgeving, taken, verantwoordelijkheden en/of mensen.
  • Delegeren: je vertrouwt een taak met de bijbehorende bevoegdheden en middelen toe aan een medewerker of collega.

Wat zijn je allergieën?

Als je zeer autonoom bent, dan kun je je ergeren aan:

  • Micromanagers en controlfreaks: collega's die elk aspect van hun werk willen controleren.

Sollicitatiegesprek: netjes geklede carrièretijger met zelfverzekerde houding wordt geïnterviewd door twee selecteurs

Hoe kun je autonomie aantonen bij een sollicitatie?

Stel, je solliciteert naar een baan als senior organisatieadviseur. Een van de functie-eisen in de advertentie luidt: 'autonoom'. Wat wordt daarmee bedoeld? Men zal willen dat je achter je adviezen kunt staan, dat je tot gefundeerde oordelen komt, en dat je niet snel van je standpunt te brengen bent. Waarschijnlijk zoekt men ook iemand die zich niet te meegaand opstelt als er een moeilijk proces als een organisatieverandering moet plaatsvinden bij een klant.

Gebruik de STARR-methode om in je sollicitatiebrief en het sollicitatiegesprek voorbeelden te geven waaruit blijkt dat je er eerder in bent geslaagd adviezen te geven die moeilijk lagen, maar die je toch goed voor het voetlicht hebt weten te brengen en hebt kunnen laten landen bij de opdrachtgever.

Andere voorbeelden van autonomie

  • Een accountant die zich geconfronteerd ziet met niet al te frisse boekhoudpraktijken mag zich niet laten leiden door eventuele voordelen die hij zelf kan genieten door erin mee te gaan. Hij blijft standvastig aan boekhoudkundige principes vasthouden en weet de organisatie te overtuigen dat ze over de schreef dreigen te gaan.

  • Mensen in de gezondheidszorg moet vaak snel beslissingen kunnen nemen in het belang van de patiënt. Ze moeten kunnen ingrijpen bij spoedgevallen, maar op zijn tijd ook afstand kunnen bewaren. Dat vergt een zekere onafhankelijke opstelling.

Voorbeelden van competentiegerichte vragen over autonomie tijdens het sollicitatiegesprek:

  • Geef een voorbeeld van een situatie waarin je anders gehandeld hebt dan anderen waarschijnlijk zouden hebben gedaan. Waarom deed je dat?

  • Ben je wel eens ingegaan tegen regels, normen of tradities die ergens golden? Geef een concreet voorbeeld. Waarom deed je dat? Wat was het effect?

Ontwikkeling van autonomie: leren autonoom te worden

Voor een deel is autonomie te leren. Ontwikkel je autonome skills door:

  • goed te leren analyseren, oordelen en besluiten nemen;

  • een grote portie professionele kennis te verwerven;

  • in een omgeving te werken waar onafhankelijkheid belangrijk of normaal is.

Voor een ander deel is autonomie gebonden aan karaktereigenschappen. Wie niet veel zelfvertrouwen heeft, wie weinig lef heeft of weinig geldingsdrang, zal het moeilijk vinden een hoge mate van autonomie te ontwikkelen. Dergelijke mensen zullen ook minder snel kiezen voor beroepen waarin onafhankelijkheid een grote rol speelt.

Streven naar grotere autonomie in je werk

Als je de behoefte aan meer autonomie voelt, dan kun je proactief streven naar meer zeggenschap in je werk. Reflecteer eens op je werk en vraag je af:

  • Waar krijg ik energie van? Wat wil ik graag doen?

  • Waar ben ik echt goed in?

  • Hoe wil ik goede relaties onderhouden met mijn collega's? Je wilt dat de mensen om je heen je respecteren en waarderen als professional.

Ga vervolgens het gesprek aan met je leidinggevende en vraag om meer ruimte om zelf je werk te sturen. Zorg dat je je manager alle informatie geeft die hij vraagt en overtuig hem van je kwaliteiten. Uiteindelijk moet je het vertrouwen krijgen van je leidinggevende om zelf keuzes te maken.

Aanbevolen websites

Bronnen

Auteur: Ysolde Bentvelsen en René Pijlman

Je bent hier: Home Functioneren Professionele eigenschappen Autonomie