Slechte eigenschappen beschrijven in het sollicitatiegesprek

Hoe beantwoord je deze lastige vraag in het sollicitatiegesprek? Hij wordt op verschillende manieren gesteld:

  • Wat zijn je slechte eigenschappen?

  • Wat zijn je zwakke punten?

  • Wat zijn je verbeterpunten?

  • Wat zijn je zwaktes?

  • Wat zijn je negatieve eigenschappen?

  • Wat zijn je minpunten?

Deze interviewvraag wordt in de een of andere vorm bij bijna elke sollicitatie gesteld in het kennismakingsgesprek. De interviewer wil hiermee ontdekken of je kritisch op jezelf kunt reflecteren en of je bezig bent jezelf te ontwikkelen.

Als je in je antwoord een zwak punt noemt dat je functioneren in deze functie negatief zou beïnvloeden, dan wil hij ook beoordelen of je wel een geschikte kandidaat bent voor de functie.

Soms wordt de vraag ook in combinatie gesteld:

  • Wat zijn je goede en slechte eigenschappen?

  • Wat zijn je sterke en zwakke punten?

  • Wat zijn je plus- en minpunten?
  • Wat zijn je goede en slechte kwaliteiten?

Met deze combinatievragen word je uitgedaagd om aan zelfpromotie te doen én zelfkritisch te zijn. In dat geval raden we je aan op deze pagina door te lezen over je slechte eigenschappen en zwakke punten. Voor het andere deel van de vraag kun je terecht in het complementaire artikel over de interviewvraag naar je goede eigenschappen en sterke punten.

De vraag naar je zwaktes is moeilijker te beantwoorden, omdat je liever over je kracht praat dan over je verbeterpunten. In onderstaand artikel geven we je handvatten en tips om het zelfkritische deel competent te beantwoorden.

Sollicitatiegesprek: carrièretijger wordt geïnterviewd door twee selecteurs

Geef oprecht antwoord met een daadwerkelijke slechte eigenschap

Iedereen heeft verbeterpunten en het getuigt van zelfkennis en zelfvertrouwen als je hier eerlijk voor durft uit te komen. Als je de vraag zou ontwijken, dan zou je niet authentiek en geloofwaardig overkomen. Wees dus eerlijk en doe jezelf niet mooier voor dan je bent. Toon je kwetsbaarheid en noem een minpunt waar je je bewust van bent.

We geven je twee goede manieren om op deze sollicitatievraag te antwoorden:

  1. twee verbeterpunten met zelfontwikkeling beschrijven

  2. een valkuil van een kernkwaliteit noemen

Twee verbeterpunten met zelfontwikkeling beschrijven

Geef om te beginnen antwoord met 1 echt zwak punt van jezelf in het recente verleden, maak duidelijk wat je ervan hebt geleerd en vertel hoe je hebt gewerkt aan verbetering. Hiermee laat je je eigen ontwikkeling zien (en dat is een sterkte!). Zo geef je er een positieve draai aan, terwijl je de vraag eerlijk hebt beantwoord. Het beeld dat je achterlaat bij de selecteur is dat je actief bezig bent met persoonlijke ontwikkeling.

Voorbeeld: je bent gesloten

De interviewer vraagt: noem eens een slechte eigenschap van jezelf?

Je antwoordt:

"Sommige collega's vonden mij wat gesloten. Dat komt omdat ik op het werk niet geneigd ben uit mezelf over mijn privéleven te beginnen. Toen ik die feedback kreeg, realiseerde ik me dat ook bij werkrelaties hoort dat je elkaar persoonlijk een beetje leert kennen. Dat maakt het samenwerken prettiger en gemakkelijker. Ik heb er een gewoonte van gemaakt om op de vrijdagmiddagborrel en bij andere sociale gelegenheden belangstelling te tonen met wat persoonlijke vragen aan collega's. Dan krijg ik zulke vragen terug en kan ik wat over privé vertellen."

In dit antwoord zit:

  1. Een slechte eigenschap: gesloten

  2. Relativering: sommige, wat

  3. Inzicht in de oorzaak (dat komt omdat)

  4. Inzicht in de betekenis van openheid (bij werkrelaties hoort dat je elkaar persoonlijk een beetje leert kennen)

  5. Inzicht in de wederkerigheid van sociale relaties (om vragen te krijgen kun je vragen stellen)

  6. Inzicht in de betekenis van sociale activiteiten op het werk (je leert elkaar kennen)

  7. Openstaan voor feedback (sommige collega's vonden mij) en dat gebruiken voor persoonlijke ontwikkeling

  8. Twee verbeteringen: belangstelling tonen voor anderen, over jezelf vertellen

  9. Groei en verankeren in nieuw gedrag (ik heb er een gewoonte van gemaakt)

Het antwoord bestaat uit een zwak punt (1)  en een relativering (2), gevolgd door een reeks relevante inzichten, vaardigheden en gedragsverbeteringen (3-9).

De interviewer vraagt door

Bereid je erop voor dat de interviewer doorvraagt: okay, dus dat heb je opgelost. Welke slechte eigenschap heb je nu nog? Dan geef je je tweede antwoord op dezelfde manier, met het verschil dat je een leerdoel of ontwikkelingsdoel hebt en de verbetering nog moet plaatsvinden in de toekomst. Je geeft bijvoorbeeld aan dat je een bepaalde cursus of training wilt volgen.

Je hebt zo de vraag oprecht beantwoord, laten zien dat je jezelf kunt ontwikkelen én dat je daar steeds mee bezig blijft.

Hoeveel zwakke punten moet je noemen?

Als de vraag in de meervoudsvorm wordt gesteld (punten, eigenschappen, kwaliteiten) dan noem je er 1 met een toelichting zoals in voorgaand voorbeeld. Je komt pas met je tweede verbeterpunt als de interviewer doorvraagt. Door je te beperken tot maximaal 2 punten, kun je gebalanceerd over je ontwikkeling vertellen.

Een valkuil van een kernkwaliteit noemen

Een andere manier om de interviewvraag naar je zwakke punten te beantwoorden is: een valkuil van een van je kernkwaliteiten noemen, op basis van het model van de kernkwadranten. Een kernkwaliteit is een specifieke sterke eigenschappen die jou kenmerkt. Deze kwaliteiten of sterke punten zitten in de kern van je karakter en maken je tot wie je bent. Het zijn ook de kwaliteiten of sterktes die anderen herkennen en waarderen in jouw gedrag.

Veel kernkwaliteiten beschrijven iets wat je bent, een goede eigenschap of karaktertrek, zoals daadkrachtig of ambitieus. Maar andere kernkwaliteiten beschrijven iets wat je kan, een vaardigheid, algemene competentie, vermogen of soft skill. Voorbeelden daarvan zijn samenwerken en netwerken.

Deze kwaliteiten worden een valkuil als je erin doorschiet, bijvoorbeeld als je gestrest bent of onder druk staat. Dat is een vervorming van de kwaliteit, de andere kant van de medaille. Je gedrag is teveel van het goede en wordt daardoor een minpunt. Je kwaliteit ontaardt dan en wordt door anderen ervaren als een zwakte of slechte eigenschap

Ben je bijvoorbeeld erg besluitvaardig, dan kun je in de valkuil trappen drammerig te worden. Of: als je doorschiet in je zelfvertrouwen dan word je arrogant. Valkuilen kun je ontdekken met zelfreflectie, of door open te staan voor kritische feedback van anderen. Soms gaat het om gedrag waarvan je je wel bewust bent, maar waarvoor je een of andere rechtvaardiging hebt verzonnen.

In antwoord op de gevreesde interviewvraag "wat zijn je slechte eigenschappen?" kun je een valkuil van een van jouw kernkwaliteiten noemen. Dat heeft verschillende voordelen:

  • Je maakt de interviewers nieuwsgierig naar de kernkwaliteit en je prikkelt ze om daar een vervolgvraag over stellen.

  • Je geeft aan het negatieve karakter van je zwakke punt een positieve connotatie met de kernkwaliteit.

  • Je toont zelfinzicht in het doorschieten van je kwaliteiten.

  • Je kunt het leerdoel of de uitdaging noemen die bij de valkuil hoort. Daarmee laat je zien dat je jezelf wilt verbeteren.

Voorbeeld: je bent té collegiaal en daardoor onderdanig

De interviewer vraagt: noem eens een zwak punt van jezelf?

Je antwoordt:

"Ik ben nogal collegiaal en behulpzaam van aard, maar dat wil nog weleens doorschieten naar te welwillend of onderdanig zijn. Als een collega mijn hulp of advies vraagt, dan vind ik het soms lastig om 'nee' te zeggen. Ik probeer er daarom bewust op te letten om assertief te zijn en mijn grenzen aan te geven."

Voorbeelden van kernkwaliteiten en hun valkuilen

Enkele voorbeelden van goede eigenschappen die doorschieten naar een valkuil, die door anderen als een slechte eigenschap wordt gezien:
  • Als je een goed leervermogen hebt en erg leergierig bent, dan kan dat doorslaan naar een gebrek aan focus. Je versnippert je tijd en aandacht over veel verschillende interesses en aandachtsgebieden, waardoor je nergens echt succesvol in bent.

  • Iemand die goed kan samenwerken in een team, maar daarin doorschiet, kan als zwakte hebben dat hij zichzelf wegcijfert en zijn persoonlijke ontwikkeling verwaarloost.

  • Als je al te flexibel bent, dan kun je te meegaand worden en overal altijd 'ja' op zeggen, waardoor je te veel hooi op je vork neemt en overbelast raakt.

  • Stressbestendig zijn is een kwaliteit, maar als je erg relaxed bent dan concentreer je je onvoldoende op opdoemende problemen die om aandacht vragen.

  • Als je overmatig innovatief bent, dan kun je te veel vernieuwing van je organisatie verwachten en ongeduldig of onrealistisch worden.

  • Een valkuil van empathisch vermogen is al te zeer betrokken raken en de gevoelens van de ander beleven als een eigen emotie. Daarbij hoort het leerdoel: professionele afstand bewaren.

Voorbeelden van slechte eigenschappen

Enkele voorbeelden van zwakke punten die je bij sollicitaties kunt noemen:

  • Ik ben veeleisend (ik wil het maximale uit mezelf en anderen halen).

  • Ik ben weleens te behulpzaam (ik besteed tijd aan collega's die om hulp vragen, waardoor mijn eigen taken erbij inschieten).

  • Ik ben een controlfreak (ik wil mijn taken volledig beheersen).

  • Ik ben soms té zorgvuldig.

  • Ik ben af en toe te bescheiden.

  • Ik ben niet snel tevreden.

  • Ik ben misschien wat ongeduldig.

  • Ik kan me soms moeilijk concentreren of ben snel afgeleid.

  • Ik schiet nu en dan door in nauwkeurigheid, dan ben ik wat pietluttig.

  • In groot gezelschap voel ik mij soms wat verlegen.
  • Mensen vinden mij soms wat stil of gesloten. Ik doe steeds meer mijn best om sociabel te zijn.

  • Collega's vonden mij soms wat dominant in het team, omdat ik zoveel initiatieven nam.

  • Een collega vond me wat arrogant, omdat ik doorschoot in mijn zelfvertrouwen. Iets meer bescheidenheid zou me soms sieren.

  • Ik ben soms wat pessimistisch en zie beren op de weg. Ik mag wel wat optimistischer zijn.

  • Ik ben af en toe enigszins besluiteloos.
  • Ik ben weleens wat onzeker.

  • Ik ben soms niet assertief genoeg. Ik zou meer voor mezelf mogen opkomen.

  • Ik reageer af en toe wat impulsief.
  • Ik zeg niet vaak genoeg nee. Ik zou wat assertiever kunnen zijn.

  • Ik ben soms wat te direct. Ik zou wat tactvoller of diplomatieker kunnen zijn.

  • Ik ben soms wat ongericht bezig met verschillende interesses, omdat ik doorschiet in nieuwsgierigheid.
  • Ik ben nu en dan te kritisch.

  • Ik ben soms te energiek en kom dan op anderen fanatiek over.
  • Ik ben niet goed in plannen.

  • Ik heb soms moeite met emotionele mensen, omdat ik zo rationeel en analytisch ben ingesteld.

  • Ik reageer weleens overgevoelig.
  • Ik kan me ergeren aan micromanagement, omdat ik hecht aan mijn autonomie.

  • Collega's vonden mij soms wat bemoeizuchtig, omdat ik doorschoot in behulpzaamheid.

  • Als ik met een probleem geconfronteerd word, dan kies ik weleens overhaast een pragmatische quick fix. Het is goed om oplossingsgericht te zijn, maar ik zou wat meer de tijd moeten nemen om de oorzaak grondig te analyseren.

Tip: gebruik een relativerend of verzachtend woord als "soms", "misschien", "af en toe", "nu en dan" of "weleens".

Zelfreflectie

Hoe ontdek je jóuw slechte eigenschappen?

Denk terug aan feedback die je bijvoorbeeld van oud-collega's hebt gehad.

Je nam afscheid bij een werkgever en je teamleider zei in zijn speech dat hij eigenlijk niet zoveel van je wist. Dat is feedback die zegt dat je wat gesloten overkomt, in ieder geval op hem.

Vraag eens feedback aan collega's, vrienden of je partner. Wat vinden zij een zwakkere kant van jou? De kans is groot dat je verrassende antwoorden krijgt en tot nieuwe inzichten komt.

Je kunt ook slechte eigenschappen ontdekken met zelfreflectie. Goede reflectievragen om jezelf te stellen zijn bijvoorbeeld:

  • Tegen welke taak zie ik op? Voorbeeld: veel mensen zien op tegen spreken in het openbaar.

  • Welke slechte gewoonte wilde ik afleren, maar heb ik nog steeds?

  • Welke taak of situatie kost me veel energie?

  • Wat stel ik vaak uit?

  • Welke kritische feedback krijg ik regelmatig van collega's?

  • Welke werkzaamheden gaan mij minder goed af?

  • Wat gaat er mis als ik gebukt ga onder werkdruk of stress?

  • In welke kwaliteit of goede eigenschap schiet ik weleens door? 

  • Welke ontwikkelpunten heeft een leidinggevende aangegeven in een functioneringsgesprek of heb ik opgenomen in mijn persoonlijk ontwikkelingsplan?

  • Waarmee roep ik soms ergernis op bij anderen?

  • Waarvoor moet ik me weleens verontschuldigen?

  • Aan welk gedrag van anderen kan ik me ergeren? Met het model van de kernkwaliteiten en kernkwadranten kun je bij zo'n allergie een valkuil ontdekken.

Loop wat lijstjes langs voor inspiratie:

Tips voor het beschrijven van je zwakke punten

Wees mild voor jezelf bij het beschrijven van je slechte eigenschappen.

Noem alleen zwakke punten die je kunt en wilt verbeteren

Noem alleen mindere eigenschappen die je daadwerkelijk kunt en wilt verbeteren en ontwikkelen. Noem liever een matige competentie of vaardigheid, dan een slechte karaktertrek. Of noem een valkuil van een kernkwaliteit, waarbij je een duidelijk leerdoel kunt aangeven.

Vermijd nagenoeg onveranderlijke persoonlijkheidskenmerken die deels aangeboren zijn. Voorbeelden daarvan zijn:

  • Introversie: dit is een psychologische karaktereigenschap waar je niet veel aan kan veranderen. Bovendien heeft introvert zijn ook positieve kanten en is het niet per se een slechte eigenschap.

  • Gebrek aan morele en ethische waarden. Bijvoorbeeld: oneerlijkheid.

Noem een zwak punt dat onbelangrijk is voor deze functie

Noem eigenschappen die weliswaar negatieve punten zijn die je oprecht wilt verbeteren, maar die voor deze functie relatief onbelangrijk zijn.

Voorbeeld: ‘Ik ben niet zo goed met cijfers’ als je solliciteert op een baan als tekstschrijver. Of: ik heb geen talenknobbel, als je solliciteert op een technische functie.

Als starter kun je een ontwikkelpunt noemen dat pas verderop in je carrière tot bloei hoeft te komen. Voorbeeld: "Ik ben nog niet bedreven in prioriteiten stellen, maar ik ben me aan het verdiepen in de modellen die daarbij helpen. Ik wil die in mijn werk gaan toepassen." Dit is natuurlijk geen goed antwoord als je solliciteert op een managementfunctie.

Je kunt ook een zwak punt noemen dat juist goed is voor de functie die je op het oog hebt. Voorbeeld: Wanneer je solliciteert naar een dynamische functie, is ‘niet stil kunnen zitten’ een prima slechte eigenschap. Zo geef je een positieve draai aan een negatieve eigenschap. Een nadeel van dit idee is dat je niet goed over verbetering kunt vertellen, omdat die tegen het functieprofiel ingaat. Als je kiest voor deze manier om de vraag te beantwoorden, vermijd dan de clichés waarmee je de vraag eigenlijk ontwijkt. Zie de slechte antwoorden hieronder.

Verzacht je negatieve eigenschap door een situatie te schetsen

Een slecht antwoord zou zijn: ik werk nogal solistisch. Werkgevers zien graag medewerkers die goed kunnen samenwerken. Zeg in plaats daarvan bijvoorbeeld: "Ik heb er weleens moeite mee als een collega zich ongevraagd met mijn werk bemoeit. Ik kan goed zelfstandig werken en neem verantwoordelijkheid voor mijn werk. Ik zou wat meer begrip moeten opbrengen voor een collega die op zijn manier behulpzaam probeert te zijn."

Zo plaats je de slechte eigenschap in een context met een bepaalde collega. Bovendien verbind je het verbeterpunt aan enkele kernkwaliteiten en schets je een positief beeld van jezelf.

Slechte antwoorden

Ik ben nogal chaotisch

Carrièretijger in de stress (rechts)Op een andere website staat dat 'chaotisch' of 'ongestructureerd' een neutrale eigenschap is, omdat chaotische mensen vaak creatief zouden zijn. "Ik ben nogal chaotisch" zou zodoende een geschikt zwak punt zijn om mee te antwoorden. Wij zijn het daar om 2 redenen niet mee eens:

  • Sommige chaotische mensen zijn misschien creatief, maar dat is in zijn algemeenheid geen gegeven.

  • Zoals we in de beschrijving van de competentie creativiteit schrijven: creatief zijn op de werkvloer houdt juist in dat je goed kunt omspringen met de richtlijnen (waaronder: ordelijk werken) en omstandigheden. Als je in dat stramien nieuwe oplossingen kunt bedenken, ben je werkelijk creatief.

Chaotische sollicitanten schrikken werkgevers af. Noem dit liever niet als een van je slechte eigenschappen.

Ik ben perfectionistisch

Vroeger was het een bekende sollicitatietip: kies een goede eigenschap, geef er een negatieve draai aan en presenteer hem als een slechte eigenschap. Dat trucje is versleten en dit antwoord is een cliché. Het gaat niet over jou en niet over de functie. Het is een te doorzichtige poging om de vraag te gebruiken om iets goeds over jezelf te vertellen.

Ik ben workaholic

Of:

  • ik ben geen negen-tot-vijf-type

  • ik werk te hard

  • ik ben heel betrokken

Ook dit is te doorzichtig. Je gebruikt de vraag om iets positiefs over jezelf te zeggen: "Ik werk heel hard".

Jezelf een compliment geven

Vermijd humblebragging (bescheiden opscheppen): jezelf een vermomd compliment geven. Het lijkt alsof je een sterk punt van jezelf noemt, maar eigenlijk ben je aan het opscheppen:

Voorbeeld: “Ik ben erg perfectionistisch en ik verlaat het kantoor pas als ik helemaal tevreden ben.”

Of: “Ik vind het moeilijk om nee te zeggen tegen collega’s en hierdoor werk ik vaak meer uren dan in mijn contract staat.”

Ambitieuze carrièretijger (links)Ik heb geen slechte eigenschappen

Als je antwoordt dat je geen zwak punt kunt bedenken, dan laat je hiermee eigenlijk zien dat je er wel degelijk een hebt: zwakke zelfkennis.

Dit antwoord kan bovendien arrogant overkomen op de interviewer.

Iedereen heeft verbeterpunten, dus jij ook. De interviewer waardeert het als jij kritisch en eerlijk naar jezelf kunt kijken.

Slechte eigenschappen die werkgevers afschrikken

  • Ik ben een uitsteller (werkgevers houden van mensen die van aanpakken weten).

  • Ik wil het liefst alles zelf doen (werkgevers willen medewerkers die goed kunnen samenwerken).

  • Ik ben nogal afwachtend, passief of reactief (werkgevers hebben een voorkeur voor proactieve en ondernemende medewerkers).

Mentale problemen

Kom ook niet aanzetten met psychische problemen die vragen om therapeutische behandeling. Bijvoorbeeld depressieve neigingen of overspannenheid. Daar maak je geen goede sier mee.

Aanbevolen video's

Aanbevolen website

Auteur: René Pijlman, met bijdragen van Marieke van Oosterhout

Je bent hier: Home Carrière Solliciteren Sollicitatiegesprek Vragen Slechte eigenschappen beschrijven in het sollicitatiegesprek